Diederic 't Hooft - Martin Roseboom Tom Smit - Hans van de Weteringh Hans Thuijls - Ben Zee Kees van Dijk - Klaas Kos Sjoerd Meijer - Jan Hartsuiker Bart Koeweiden - Hein Bouwmeester Erik van den Eijkel - Alfred Gaasbeek Willem Slagter - John Zandvliet
Oorspronkelijke speeldata: 18 en 25 november, 2, 16 en 23 december
30 september: Herman Haasjes - Alfred Gaasbeek ½-½ 0-1 John Zandvliet - Hermen Ketel 1-0 1-0 21 oktober: Jan Hartsuiker - Peter Dullaart 1-0 1-0 4 november: Diederic 't Hooft - Ronald Klaassen 1-0 0-1 1-0 ½-½ Erik van den Eijkel - Kees van der Dussen walkover
De overige elf deelnemers zijn rechtstreeks geplaatst voor de achtste finales.
Bij een gelijke stand in de mini-match worden er twee snelschaakpartijen gespeeld met 5 minuten per
persoon per partij, kleurvolgorde als in de mini-match.
Is na de snelschaakpartijen de stand nog steeds gelijk dan wordt er een beslissingssnelschaakpartij
gespeeld waarbij voor de kleur wordt geloot, wit krijgt 5 minuten, zwart 4 minuten, de speler met wit moet
winnen om zich te plaatsen voor de volgende ronde, de speler met zwart plaatst zich bij remise of overwinning.
De winnaar plaatst zich voor de volgende ronde, de verliezer is uitgeschakeld.
De indeling voor elke bekerronde, met uitzondering van de finale, vindt uiterlijk de week voorafgaand aan de bekerronde op de clubavond plaats middels een vrije loting.